Menu Sluit
EN

Om de ateliers van SKAR in de toekomst betaalbaar te houden, is verduurzaming onvermijdelijk.

Met adviezen van architectenbureau Superuse helpt SKAR haar huurders hierbij op weg.

Een interview met Olof van de Wal.

Plan voor de toekomst

De Rijksoverheid wil de CO2-uitstoot verminderen door landelijk over te stappen op duurzame energie. Daarom kunnen we vanaf 2050 in principe niet meer stoken op gas. Met de huidige gasprijzen is verduurzaming nu al noodzakelijk, ook voor de ruim dertig panden van SKAR. “De bedoeling is om onze panden toekomstbestendig te maken, zonder daarbij de huurlasten te hoeven te verhogen”, zegt SKAR-directeur Olof van de Wal. “Dat is een ingewikkelde operatie. In een pand met verschillende ruimtes en gebruikers kun je nauwelijks zelf bepalen wat je aan energiekosten uitgeeft. Ook is het moeilijk om groot pand waar maar weinig mensen in zitten warm te houden. Dus hebben we een plan van aanpak.”

 

Waarom is de verduurzaming nodig?

“Laat ik vooropstellen: we willen al onze werkplekken beschikbaar en betaalbaar houden. Dat is ons voornaamste uitganspunt. Maar er zijn uitdagingen die om aandacht en een slimme aanpak vragen. Zoals de stijgende energiekosten die ergens van betaald moeten worden. Het CBS wijst uit dat het inkomen van kunstenaars en creatieven redelijk stabiel met de inflatie is meegegroeid. Dus als je de huur op hetzelfde niveau laat meestijgen, blijft de balans gelijk. De prijs voor energie groeide de afgelopen twintig jaar echter drie keer zo hard, waarvan de laatste jaren explosief. Dat maakt de energierekening voor kunstenaars vrijwel onbetaalbaar, maar de leverancier stuurt gewoon de rekening. Daarop moeten we iets verzinnen.”

 

Hoe hou je de lasten dan zo veel mogelijk gelijk?

“Dat is heel lastig. Wij gaan immers niet over de energieprijzen. Wat we wel kunnen doen, is proberen om het geld dat nu door de schoorsteen verdwijnt omdat je het verstookt, te gebruiken om minder gas te verbruiken. Niet de vraag ‘hoe maken we de wereld groener’, maar vooral ‘kunnen kunstenaars in de toekomst nog in een betaalbare werkplek bieden’ is daarbij van belang. Bij verduurzaming is vergroenen bijvangst: de portemonnee van de huurder is het belangrijkst. Minder uitgeven gaat niet lukken. Anders uitgeven is dan de beste optie. Daarom is er een plan om het geld dat de komende dertig jaar aan gas zouden worden uitgegeven te lenen bij de bank en te gebruiken om van het gas af te komen. In plaats van een steeds hogere energierekening op te hoesten, betaalt de gebruiker straks een vast bedrag: de zogenaamde energiebesparingsvergoeding. De energierekening wordt op die manier ingeruild voor een investering in de panden.”

 

Hoe ziet dat eruit?

“We zullen slim en creatief moeten zijn, want het budget om te investeren is beperkt. Wie nu advies vraagt over verduurzaming betaalt de hoofdprijs, hebben we gemerkt. Je krijgt dan een hele reeks aan standaard ingrepen als warmtepompen en triple glas die, als je dat allemaal zou uitvoeren, de huur onbetaalbaar maken. En: het hoeft vaak niet. Want bij al die standaard ingrepen wordt helemaal niet gekeken naar wat echt noodzakelijk is, wat past bij de huurders en het gebouw. Bij de verduurzaming kijken we daarom eerst per pand wat er nodig is voor de huurders, en niet per se wat adviseurs willen wat er met het pand gebeurt. Ook wordt er bekeken wat de huurder zelf kan doen. Hiervoor hebben we architectenbureau Superuse in de arm genomen. Zij beginnen niet met dure ingrepen, maar kijken vooral naar de bestaande mogelijkheden van een pand. Zoals: hoe staat de zon op het gebouw, hoeveel mensen maken gebruik van een pand en op welke uren en zitten mensen stil of lopen ze rond. Dat heeft allemaal invloed. We houden het technologisch zo laag mogelijk. Want nieuwe technologie belooft gouden bergen, en dat kost het ook. Superuse gaat ook uit van de gebruiker, en adviseert ons daarbij.”

Wat kan de huurder dan zelf doen?

“Superuse maakt per pand een plan voor het behoud van een basistemperatuur voor het hele gebouw. De eigen atelierruimte kan door jou als huurder zelf worden op een hogere temperatuur worden gebracht, als de je dat wil. Daarvoor heeft Superuse allerlei ideeën en adviezen. Zoals het slimmer inrichten van het atelier door het op te delen in compartimenten, het neerzetten van een elektrisch stralingspaneel of het strategisch ophangen van gordijnen. Maar ook: waar ga je zitten in het atelier, en wanneer. Allemaal betaalbardere en slimme investeringen die de huurder meer grip geeft op de energieconsumptie. Zoals gezegd: het belangrijkste is de portemonnee van de kunstenaars. Maar om het allemaal betaalbaar te houden, zullen we het samen moeten doen.”

 

Wat gebeurt er op termijn?

“De plannen voor verduurzaming worden de komende drie jaar vormgegeven. Inmiddels zijn we met Superuse begonnen met twee pilots: het pand in de Ruilstraat en Drievriendenstraat. Daar zijn we in gesprek met de huurders en brengen advies uit over wat ze zelf al kunnen doen, uiteraard met hulp van SKAR. Bepaalde investeringen kunnen door ons worden vergoed. Overigens is de inzet van huurders niet nieuw. In coronatijd hadden we het duurzaamheidsprojecten ‘Klussen voor de Huur’, waarbij grote onderhoud door onze huurders onder begeleiding zelf werden uitgevoerd. Dat project is destijds van beide kanten positief ontvangen. Dus het kan.”